In gesprek met Martin Dol

Martin Dol geeft leiding aan de Royal Mission School (een vormingsschool voor jongeren die ervoor kiezen een jaar te investeren in het leren kennen van God, zichzelf en Gods plan met hun leven). Martin geeft veel les en begeleidt jongeren in hun vormingsproces. Hij (s)preekt wekelijks in verschillende kerken, denominaties en organisaties. Hoe vond hij het vroeger om te spreken en wat doet hij nu anders? Laat je inspireren!  

 

Hoe vond je het als kind om een spreekbeurt in de klas te houden?

De spreekbeurt die ik me nog goed kan herinneren is die op de middelbare school voor het vak Nederlands. Ik had besloten om mijn spreekbeurt te houden over het vogelbekdier. Het liep uit op een drama. Ik had alles keurig voorbereid, met een uiteenzetting over het vogelbekdier uitgeschreven op papier. Als pronkstuk voor mijn spreekbeurt had ik in de bibliotheek kleurenkopietjes gemaakt van het beest. Ik had alles tot in de puntjes voorbereid. Het probleem was alleen dat ik ontzettend nerveus was. Al een week van tevoren kon ik ’s nacht de slaap niet vatten en was ik vaak te vinden in het kleinste kamertje. Toen het moment aanbrak dat ik toch echt mijn spreekbeurt moest gaan houden, schuifelde ik met mijn paperassen onder de arm en het lood in mijn schoenen naar voren.

Ik wist nog dat ik bij mijn intro de mooie kleurenkopie van het vogelbekdier zou laten zien aan de klas. Ik probeerde de betreffende foto omhoog te houden, maar ik trilde zo erg dat mijn klasgenoten tot op de dag van vandaag nog steeds niet weten hoe het vogelbekdier er uitziet. Na twee minuten kon ik weer gaan zitten, omdat ik een totale black-out had. Geen succes dus.

 

Wanneer sprak je voor het eerst over Bijbelse onderwerpen?

Ik ben op vrij jonge leeftijd gevraagd om in mijn eigen gemeente Bijbelstudies te geven voor volwassenen. Dat ging mij wonder boven wonder goed af, ondanks mijn minder goede ervaringen op de middelbare school. De leiders van mijn gemeente gaven mij kansen en hebben mij aangemoedigd om me hier verder in te bekwamen. Ik ben ze nog steeds dankbaar dat ze het risico wilden nemen om een jong broekie te laten spreken en te oefenen. Mijn eerst echte preek duurde overigens ruim een uur. Ik wilde alles vertellen wat ik had ontdekt. Onbegrijpelijk dat niemand liefdevol ingreep door mij van dat podium te halen.

 

Wat pak je nu anders aan dan in het begin?

Zoals denk ik veel sprekers doen of hebben gedaan, schreef ik mijn preken helemaal uit. Ik durfde nooit zonder, omdat ik bang was een black-out te hebben. Daardoor bleef ik tijdens de preek het liefst in de buurt van de kansel. Tot het moment dat ik mocht spreken in een vrij grote gemeente en ik mijn preek per ongeluk thuis had laten liggen. Een lichte paniek maakte zich van mij meester, maar ik kon niet anders dan zonder papier het podium op. Dat beviel achteraf zo goed, dat ik het vanaf die keer alleen mijn Bijbel meeneem naar een spreekbeurt. Ik kreeg eens de tip om mijn preek om te zetten in een stripverhaal. Hierdoor werd mijn verhaal een aaneenschakeling van plaatjes. Ik heb mezelf daarmee aangeleerd om te vertellen wat ik zie in plaats van dat ik zinnen die ik heb geformuleerd reproduceer.

 

Hoe kom je steeds weer aan inspiratie voor je preken?

Dat gaat bij mij op verschillende manieren. Ik kan geraakt worden door een Bijbelgedeelte. Door er een preek over te maken help ik mijzelf om dat gedeelte te laten landen in mijn hart. Het kan ook zijn dat ik in ontmoetingen en gesprekken met mensen ergens door wordt geraakt. Dat ‘geraakt worden’ kan een irritatie zijn of bewogenheid of verwondering. Ik vind dan dat daar iets over gezegd moet worden vanuit de Bijbel.

 

Wat merk je van de Heilige Geest in het voorbereiden en tijdens het spreken?

Het is de Heilige Geest die mij raakt tijdens het lezen van de Bijbel en het ontmoeten van mensen. Inmiddels bereid ik mijn preek ‘losser’ voor, zodat er tijdens het houden de preek ruimte is om accenten te verleggen of soms hele andere dingen te zeggen. Er zijn momenten geweest dat ik mijzelf hoorde praten in woorden die ikzelf niet zo snel zou kiezen. Het kan ook zijn dat ik situaties duid in mijn preek die spelen in een gemeente waar ik van tevoren geen weet van had. Ik denk dat dat de Heilige Geest was ;).

 

Hoe doorleef je je eigen preken in de voorbereiding?

De doorleving vindt vooral plaats in mijn hoofd. Een Bijbels principe kan echt wekenlang rondspoken in mijn hoofd. Verder wil ik het principe dat ik heb geformuleerd zelf ook leren toepassen om te voelen waar de schoen wringt. Tijdens het voorbereiden van een preek heb ik trouwens bijna altijd een frustratiemoment. Ik denk dat Luther dat bedoelt met tentatio (strijd). De frustratie bestaat hieruit dat ik op dat moment niet de overtuiging heb dat ik in mijn preekopbouw mijn toehoorders mee kan krijgen. Er moet een EUREKA-moment komen en de weg daar naartoe is soms best pittig.

 

Welke preek zal jou altijd bij blijven? Waarom?

Dat zal de ‘preek’ zijn waarbij ik tot geloof ben gekomen. Het was eigenlijk een simpele uitleg van het evangelie met behulp van een oud flanelbord met plaatjes die vroeger ook werden gebruikt op de zondagsschool. Niets aan de toespraak was sprankelend, alles was oud en stoffig. Hoewel ik 16 jaar was gingen alle woorden rechtstreeks naar mijn hart. Het was alsof ik het evangelie voor het eerst hoorde (terwijl ik elke zondag naar de kerk ging). Het zal een combinatie zijn geweest van de werking van de Heilige Geest en de passie van de mevrouw die aan het vertellen was.

 

Op welke momenten heb je last van podiumvrees?

Ik kan zeggen dat ik geen podiumvrees meer heb en dat is een grote zegen 🙂 .

 

Wat is het meest gênante dat je als spreker meegemaakt hebt?

Ik heb weleens een dronken student onder mijn gehoor gehad. Die was per ongeluk na het stappen in de samenkomst terechtgekomen. Hij onderbrak mij regelmatig tijdens de preek, waarbij hij luid brallend onsamenhangende vragen stelde. Hij werd na verloop van tijd door de koster liefdevol doch dringend naar de consistorie begeleid om daar zijn roes uit te slapen. Het was misschien vooral voor hem gênant toen hij wakker werd.

 

Welke spreker uit de Bijbel inspireert jou?

Ik vind de profeet Jona als persoon erg boeiend. Jona krijgt veertig dagen de tijd om in een stad die drie dagreizen groot is een ernstige boodschap te verkondigen. Hij gebruikt welgeteld één dag en gaat daarna zitten afwachten tot de inwoners van de stad precies het tegenovergestelde gaan doen van wat hij heeft verkondigd. Het inspireert mij dat God in staat is om middels een hork van een spreker een optimaal rendement te behalen, want de hele stad komt tot bekering. Er is hoop voor mij.

 

Wat spreekt jou aan in Jezus’ toespraken?

Jezus laat zich in zijn toespraken nooit leiden door angst voor mensen. Hij is in staat om liefdevol te fileren door messcherp de waarheid te zeggen. Ik denk dat mensen die werden aangesproken het schaamrood soms naar de kaken steeg.

 

Wat zou je doen als Jezus de eerstvolgende keer in het publiek zou zitten?

Het wenselijke antwoord zou zijn dat het voor mij niets zou veranderen en dat ik mijn preek zou houden zoals ik dat normaal ook doe. De waarheid is dat ik hoogst verbaasd zou zijn dat Hij geïnteresseerd is in mijn preek en dat ik tijdens mijn preek Hem niet in de ogen zou durven kijken. Ik krijg dan toch ineens podiumvrees.

mm
Paulien Vervoorn
paulien@geloofwaardigspreken.nl

Spreker, trainer en auteur. Geeft (s)preektrainingen aan sprekers, voorgangers en predikanten die met nog meer impact willen spreken.

Nog geen reacties

Plaats een reactie